Kleine investeringen, minder tekorten
De lezingen op het congres “Voedingstekort versus begrotingstekort” op 11 april leren, in combinatie met andere publicaties, dat kleine investeringen op korte termijn tot grote besparingen kunnen leiden. Bovendien leveren deze interventies een betere levenskwaliteit van ouderen en andere zorgvragers en meer arbeidsvreugde bij zorgverleners op en… op langere termijn hou je ook geld over…
Taak van de overheid
De overheid heeft een voorwaardenscheppende taak als het gaat om de voorziening van gezonde voeding. De huidige minister wil gezonde keuzes gemakkelijk maken, maar de verantwoordelijkheid ligt uiteindelijk bij de consument zelf. De praktijk is echter weerbarstig, omdat Jan Publiek nogal eens verdwaalt in het logodoolhof en een gezonde lifestyle is niet zo gemakkelijk als de overheid denkt. Er is een wereld te winnen door goede voorlichting en andere vormen van preventie en dat hoeft niet betuttelend te zijn.
Niet alleen overvoeding is een probleem maar ook ondervoeding komt in Nederland voor.
Kleine (voedings)investering leidt tot grote besparing
Sinds enkele jaren is er een Stuurgroep Ondervoeding actief in Nederland die inzet op een snellere herkenning en aanpak van een slechte voedingsstatus door een korte checklist die door Hinke Kruizinga tijdens haar promotieonderzoek ontwikkeld is. Lin Lim en collegae toonden aan dat 1/3 van de ziekenhuispatiënten bij opname al ondervoed is en bij ouderen geldt dat zelfs voor 1 op de 4 patiënten (dia 34). Vlot ingrijpen leidt tot een betere conditie, een sneller herstel en afname van sterftekans. Een investering van €76,– zorgt voor een verkorting van de ziekenhuisopname van een dag waardoor er € 400,– bespaard kan worden.
Aandacht voor ouderen kostenbesparend
Weber geeft aan dat ouderen eerder voedingstekorten ontwikkelen. Ouderen hebben vaak een verminderde eetlust hebben en hun spijsvertering werkt minder goed. Ze hebben een lagere energiebehoefte zodat er een hogere nutriëntendichtheid van de voeding nodig is. Ook het overlijden van een partner en eenzaamheid door het verlies van sociale contacten kunnen tot een vermindere voedingsinname leiden. Er is meer onderzoek nodig is om de specifieke voedingsproblemen van ouderen in kaart te brengen, omdat ouderen zich beter voelen als ze in een goede voedingstoestand verkeren en dat leidt tot lagere zorgkosten.
Leefstijlinterventie bij diabetes type 2 effectiever dan medicatie
Suzan Woppereis (TNO) legt uit dat het vermogen tot het aanpassen van de leefstijl bepalend is voor gezondheid. Het behandelen van diabetes type 2 door middel van een combinatie van een leefstijl en voedingsinterventie is effectiever dan behandeling met medicijnen, omdat het de oorzaak aanpakt, terwijl de medicijnen alleen de symptomen wegnemen. Verandering van leefstijl en voeding leidt tot een verminderde kans op complicaties, zoals hart en vaatziekten, terwijl deze kans wel verhoogd blijft bij behadeling door medicijnen. Een gecombineerde leefstijl- en voedingsinterventie kost op langere termijn dus minder dan het voorschrijven van medicatie.
Jodium verdient meer aandacht
Uit de Voedselconsumptiepeiling 2011 blijkt dat er burgers zijn met een te lage inname van de vitamines A, D, C en vitamines van het B-complex en de mineralen magnesium, kalium en zink, maar er is niet gekeken naar jodium. Het is mogelijk dat bepaalde groepen een groter risico lopen op een jodiumtekort. Dat komt doordat er te weinig vis gegeten wordt, het brood sinds 1998 niet meer met gejodeerd zout bereid hoeft te worden en door de totale zoutreductie.
In een onderzoek is een te lage jodiuminname bij zwangeren gevonden (dia 51), maar het is (nog) niet duidelijk in hoeverre dit tot problemen bij de ontwikkeling van het kind leidt. De Gezondheidsraad stelde in 2008 dat de jodiuminname aan de normen voldoet. Hierbij hanteert ze de norm van 150-300 microgram van de WHO, omdat Nederland hier zelf geen normen voor heeft vastgesteld (pag 30). Verheesen stelt dat er een gedegen onderzoek nodig is naar de jodiumstatus in Nederland om eventuele jodiumtekorten tegen te gaan (dia 56).
Een D-egelijk advies
Ouderen lopen door osteoporose meer kans op botbreuken. Dit geldt vooral voor vrouwen na de menopauze. Vooral een heupfractuur is berucht. Bijna ¼ van de mensen overlijdt hieraan binnen een jaar en ¼ blijft invalide. Zimmerman berekende dat er 20% op de zorgkosten voor gebroken heupen bespaard kan worden door vitamine D-suppletie (dia 20).
Vitamine D is ook belangrijk voor het behoud van spierkracht en er komt steeds meer bewijs dat vitamine D ook invloed heeft op het immuunsysteem, het voorkomen van diabetes, hart- en vaatziekten en bepaalde vormen van kanker.
Evaluatie van het advies voor vitamine D-inname leidde tot een verhoging van de norm voor mannen en vrouwen ouder dan 70 jaar. Op pagina 18 van het rapport is het totale overzicht te vinden voor welke groepen een suppletieadvies geldt.
Meer aandacht voor voeding gewenst
Hopelijk leiden de uitkomsten van dit congres tot meer aandacht voor voeding in de gesprekken tussen patiënten en artsen en wordt de hulp van de diëtist steeds vaker ingeroepen om tekorten tijdig te tackelen.
Als je er niet zeker van dat je een volwaardige voeding gebruikt, kun je gerust eens contact opnemen voor een afspraak.