Medische, genetische en persoonlijke oorzaken obesitas

Na de uitleg over het verschil tussen klinische en preklinische obesitas en het benoemen van verschillende omgevingsfactoren kijken we in deze blog naar persoonlijke oorzaken van obesitas. Dat kan het idee oproepen van stigmatiseren, maar wie verder kijkt dan zijn/haar neus lang is komt er achter dat ook het genuanceerder is. Iedereen krijgt een bepaald onzichtbare erfenis mee van zijn/haar (voor)ouders. Het gaat dan om genetische factoren, maar ook over gebeurtenissen die invloed hebben op de algehele gezondheid en aanleg voor ziekten en obesitas. Obesitas is meer complex dan gedacht.

Wat ging aan deze blog vooraf?

In de voorlaatste blog van 16 januari is uitgelegd wat het verschil is tussen klinische en preklinische obesitas: bij preklinische obesitas ondervindt de persoon geen nadeel van de afwijkende vetstapeling in zijn/haar lichaam terwijl bij klinische obesitas wel verstoringen in het vetweefsel aantoonbaar zijn.
In de blog van 23 januari werd uitgelegd hoe een omgeving die minder uitnodigt om te bewegen en meer te (over)eten kan leiden tot obesitas en waarom de aanpak ervan een gezamenlijke verantwoordelijkheid is.

Meerdere groepen oorzaken

Op de factsheet van het Partnerschap Overgewicht Nederland zijn meerdere oorzaken van overgewicht te vinden. Ze worden ingedeeld op leefstijl, sociaaleconomisch, psychisch, medicatie, hormonaal, hypothalaam en door monogenetische oorzaken. In de factsheet wordt al aangegeven dat de monogenetische en hypothalame oorzaken zeldzaam zijn. Monogenetisch wil zeggen dat er slechts één gen verantwoordelijk is voor het ontstaan van obesitas. Hypothalaam betekent dat de oorzaak in het hoger- en verzadigingscentrum in de hersenen ligt.

Familiair, psychisch of erfelijk?

Vaak zie je weel meerdere personen in een gezin of familie die obesitas hebben, maar dan hoeft het nog niet om een erfelijk fenomeen te gaan. Het kan ook met dezelfde leefstijlfactoren te maken hebben.
Eet- en leefgewoonten worden van ouders op kinderen doorgegeven. Daarom zijn ze vaak familiair. Dat geldt ook voor sociaaleconomische factoren. Psychische problemen kunnen vaker in één gezin/familie voorkomen. Hierbij hoeft het dan nog niet om genetische factoren te gaan, maar het kan wel. Soms zijn er meerdere mensen in één gezin of familie die psychisch kwetsbaarder zijn. Maar sociaaleconomische factoren, zoals verlies van werk en inkomen, kunnen ook tot psychische gevolgen, zoals depressie, leiden. Verlies van werk en inkomen is vaak een groter trauma dan de omgeving denkt. Zowel voor mannen als vrouwen hakt een ontslag er behoorlijk in.

Leefstijl en sociaaleconomische factoren nader bekeken

Bij de leefstijlfactoren worden naast een ongezond eetpatroon en te weinig beweging de volgende factoren genoemd: obstructief slaap-apneusyndroom, nachtdiensten, de timing van maaltijden, fors alcoholgebruik, stoppen met roken en culturele en/of sociaaleconomische factoren. Het benoemen van sociaaleconomische factoren bij de leefstijl maakt duidelijk dat er bij leefstijl ook (sociaaleconomische) factoren betrokken zijn die tot obesitas kunnen leiden. Het gaat dan vooral om factoren die tot stress leiden, zoals financiële zorgen, eenzaamheid, niet meer deel kunnen nemen aan de samenleving, life events, zoals ziekte, overlijden van een partner/familie, verlies van werk, een minimum inkomen en armoede. Bij sociaaleconomische factoren worden ook moeite met lezen en schrijven genoemd. Juist doordat iemand moeite heeft met lezen en schrijven heeft hij/zij minder toegang tot allerlei informatie.

Medicatie als oorzaak

Bij medicijnen zijn er verschillende soorten die tot gewichtstoename kunnen leiden. Het gaat dan om bloeddrukverlagers zoals β-blokkers en α-blokkers, bepaalde pijnmedicatie (pregalabine, amitryptiline), antidepresiemiddelen (mirtazapine, citalopram, paroxetine), medicatie tegen psychoses (olanzaprine, risperidon en lithium) en middelen tegen epilepsie (carbamazepine, valproÏnezuur, gabapentine). Daarnaast kunnen de corticosteroïden, zoals prednison en de afgeleiden daarvan bij langdurig gebruik tot gewichtstoename leiden.
Wanneer je één van deze middelen gebruikt en je merkt dat dit bij jou tot overgewicht leidt is het belangrijk om éérst met je behandelend arts te overleggen of er een alternatief is. Stop nooit zomaar met een medicijn dat je op voorschrift van een behandelaar hebt gekregen, omdat “zomaar stoppen” ook tot ongewenste bijwerkingen kan leiden.

Hormonale oorzaken

Een te traag werkende schildklier (hypothyreoïdie) kan ook tot gewichtstoename leiden. Echter hierbij heb je vaak meerdere klachten zoals onder andere vermoeidheid en kouwelijkheid. Bij vrouwen kan het polycysteus ovarium syndroom (PCOS) tot overgewicht leiden. Bij mannen kan hypogonadisme (verminderde functie van de mannelijke geslachtsklieren) tot overgewicht leiden. Vrouwen kunnen ook moeite hebben om de gewichtstoename na een zwangerschap weer kwijt te raken, evenals het gewicht dat erbij kan komen na de menopauze.
Ook hierbij geldt dat je samen met je (huis)arts en/of specialist kunt kijken wat hier aan te doen is, naast een gezond eet-, beweeg en slaappatroon.

Breng je eigen risico in kaart

Wanneer jezelf wilt nagaan of er bij jou sprake is van obesitas met problemen is het raadzaam om de online vragenlijst van het Partnerschap Overgewicht Nederland in te vullen. Je kunt de uitslag van deze vragenlijst downloaden, uitprinten en dan meenemen naar je (huis)arts en/of specialist om te bekijken welke behandelopties mogelijk en nodig zijn.

anneke-palsma

Zoek je een advies voor voeding bij jouw sport, dan kun je bij mij terecht.

Drs. Anneke Palsma